Een warm welcom.

7 september 2017 - Santa Maria, Kaapverdië

Het is vier uur in de morgen als ik de meneer van de Valet parking bel vanuit de auto. Een meneer met een, laten we zeggen, niet Nederland accent neemt de telefoon aan en zegt "góeeeeeeee móg"  of iets wat zou moeten klinken als goedemorgen. Ik kijk mijn vrouw aan die meeluistert op de ingebouwde carkit van de auto en denk meteen; "bootvluchteling die nog bezig is met zijn rubberbootje op te blazen?". Ik "denk" het omdat je nooit slecht mag spreken over mensen die je niet zo goed kan verstaan. Ik vertel hem wie ik ben en dat we over ongeveer een half uurtje op Schiphol zullen arriveren. Dit opbellen is zo afgesproken omdat anders die meneer al veel te vroeg zou staan te wachten. En, de mannen onder ons weten hoe het gaat met vrouwen. Die zorgen er altijd weer voor dat je ergens te laat aankomt. Gelukkig heb ik dat niet met mijn vrouw! "Skodia Ocia" hoor ik hem vragen. "Yep" zeg ik bevestigend. " Wat zegt u" vraagt hij vriendelijk. "Niet verrrstan. Jij buitenlander mischien". "Ja", antwoord ik nog maar eens in perfect Nederlands. "Dat is hem ongeveer". Het kost een paar centen maar dan weet je tenminste wel dat je auto in goede handen komt. Buitenlands sprekende mensen! Kan niet anders dan "chique" zijn. Toch? "Oké roept hij in de telefoon, praat nog wat onduidelijke zinnen en hangt op. Ik kijk mijn vrouw aan en vertel haar dat het nu niet meer mis kan gaan. Alles geregeld.

Als wij om half vier aankomen staan er zelfs 3 man klaar om ons op te wachten. Tja, het blijft een moeilijke taal dat Nederlands! Ik zou maar met één auto komen. Al had ik hem wel aangemeld als Skoda Octavia Combi. Maar goed, bij het zien van maar één auto neemt een meneer de auto visueel op, neemt wat fotootjes van de buitenkant en van de kilometerstand, neemt de sleutel in ontvangst en laat mij een papiertje ondertekenen. "Fijne vakantie" roept hij nog na terwijl hij in mijn auto stapt. Dank je roepen wij samen waarbij ik stiekem toch denk dat ik mijn Skodaatje misschien nooit meer terug zal zien. Je weet maar nooit maar we zullen het straks zien als we weer aankomen en het telefoonnummer draaien dat ik gekregen heb om bij aankomst te bellen. "Wij staan dan weer klaar met uw auto" staat er, overigens in perfect Nederlands, op de website. Ik hoop het!
Ik weet het. Ik draaf misschien een beetje door over mijn geliefd autootje.  Maar het is wel mijn autootje! En wat moet een man tegenwoordig zonder auto? Zonder vrouw doorstaan wij mannen het leven nog wel maar zonder auto leven wij niet meer. Per slot van rekening heb je natuurlijk wel een auto nodig om aan een vrouw te komen. De auto die je nodig hebt als onderdeel van de paringsdans om te kunnen blijven bestaan en om daarmee een mooie vrouw te "lokken". Een paringsdans zonder auto is als koffie zonder cafeine. Andersom geldt het echter niet! Als je dan eindelijk gelukkig getrouwd bent na al die paringsdansen met je auto, ben je je auto ook meteen weer kwijt. Gelukkig getrouwd! Zij gelukkig, jij getrouwd! The circle of life dus! En daarom....... hebben wij 2 auto's.

En dan bedenk ik mij ineens dat zo'n "Valet parking" eigenlijk ook zou moeten bestaan voor vrouwen. Ga je op vakantie, zet je je vrouw af en bij terugkomst krijg je haar weer terug. Ik ken mannen die dan elke week op vakantie zouden willen gaan. Ikke? Ik persoonlijk zou dat natuurlijk nooit doen. Ik heb mijn vrouw nodig op vakantie. Anders zou het zo stil zijn en zou ik weer een auto moeten huren.

In de vertrekhal aangekomen loopt het van een dakje. Een "leien" in dit geval. Zonder veel oponthoud kunnen we de koffers inchecken en ons dan begeven naar de douane en de controle. Of andersom. Omdat wij vertrekken naar een land buiten de EU gaan we via Departures hal 3 door de controle. Het is niet druk en we hoeven dus niet te wachten. We zijn als een speer (die je dus nooit mag meenemen in een vliegtuig) er doorheen en kunnen op zoek naar een plekje waar ze koffie hebben. Omdat het nog erg vroeg is is niet alles al open. Maar we vinden een plek en genieten eindelijk van een dampende kartonnen drinkbeker cappuccino. "This is live en this is holiday". Yep, geniet van de kleine dingen in het leven hoor je altijd. En dat doe ik nu dus met een "middle size" cappuccino. Het levensvocht waarop mijn motor gaat lopen. Oke, in mijn geval dan wel décafe, maar mijn motor hoeft ook niet meer zo hard te lopen!

Om zes uur is het dan eindelijk zover dat een lieve vrouwenstem omroept dat onze vlucht klaar is om te boarden. Ook deze fase wordt snel uitgevoerd. Gemoedelijk begeeft iedereen zich in het vliegtuig en zo zitten wij op onze, gereserveerde, plekjes 7E en 7F. Precies op tijd vertrekt het vliegtuig van de landingsbaan op weg naar Faro in Portugal. Dit moet wel omdat we daar moeten bijtanken voor de 2e helft. Ons vliegtuig kan maar net genoeg tanken om vanuit Amsterdam net tot zo'n 25 km voor Kaap Verdië te komen. Dan zou de benzine op zijn en zouden we het laatste stuk moeten zwemmen. Maar aangezien de piloot niet kan zwemmen, en er onder zijn stoel geen zwemvest ligt verborgen, zo vertelde hij, wilde hij dat risico niet nemen. Ook het vliegtuig is niet van hemzelf en moet dat ding ook heel weer terugbrengen. En dat gaat lastig als het ding in het water ligt. Dus, op naar Faro waar wij 2uur en 40 minuten later zouden moeten aankomen. 
Het tanken gaat relatief snel. Ik denk dat dat komt omdat de piloot natuurlijk al gebeld heeft dat wij eraan zouden komen. "Hello Faro, hello Faro. This is 2365 heavy on it's way to you. We want 4500 liters of fuel and, if possible, 123 pastel da nata's (overheerlijke Portugese eiergebakjes of zoiets). Our ATA is 'O eighthundred thirty hours" (pilotentaal voor; ik ben ongeveer om half acht daar). Waarna ze in Portugal, Faro international airport antwoorden "Ten four, copy that". Waarop onze piloot weer antwoord; "nee, not om ten four. Om hálf ácht!" "Ten four" klinkt het nogmaals door de pilotentelefoon en de captain kijkt zijn eerste officier aan en denkt hardop; "bootvluchteling zeker"! Onze piloot neemt toch het zekere voor het onzekere, vliegt nog een extra rondje om Faro en land om precies tien voor acht.

Na een vlucht van in totaal ongeveer zeseneenhalf uur, inclusief tussenlanding op Faro,  landen wij dan op de startbaan van het vliegveld op Kaap Verdië. Zoals ik eerder al schreef betekent Kaap Verdië "Groene Kaap". Bij de nadering van het eiland vlogen we nog een rondje om het eiland en ik kan met een eerlijk hart zeggen; ik zag géén groen! Alleen maar zand en dorre vlaktes. Misschien is het de vermoeidheid die mijn kleurenzicht blokkeerd of een fata morgana die de hitte op het eiland veroorzaakt wordt waardoor je dingen gaat zien die er eigenlijk niet zijn. Ik kijk van schrik naast mij maar gelukkig, Emmy zit er nog steeds. Het zou zo maar kunnen maar we zullen het zien de komende weken. Eigenlijk komen wij ook in hoofdzaak voor de rust, het zwembad en de oceaan. Het zwembad en de oceaan zijn blauw en dat zijn dan ook de kleuren waar wij ons de komende tijd op focussen.

Vers uit het vliegtuig geklauterd moeten we nog langs de douane. Dit omdat er een visum nodig is om het land binnen te komen. Dit visum had ik al digitaal geregeld met de reisverzorger maar, hier is dus iets fout gegaan en moeten we dus aan een ander kantoortje een nieuw visum kopen. Dit geldt dus ook voor nog 118 medereizigers die één voor één de procedure moeten doorstaan. Paspoort afgeven, controleren of je in hun systeem staat, 25 Euro betalen, stempel in je paspoort, betalingsbewijs uitprinten en met precisie afscheuren langs een liniaaltje omdat het een A5 formaat is dat op een A4 blaadje wordt uitgeprint waarna je je paspoort weer terugkrijgt en mag doorlopen. Resultaat is dat we een extra 2 uur hebben moeten wachten voordat de bus, die ons naar de verschillende hotels zou brengen, vol was en eindelijk kon gaan rijden waarbij de airco een aangenaam gevoel gaf na 2 uur bij 32 graden wachten. Maar goed. We hebben vakantie en we zijn tenslotte ook hier voor de warmte. Anders handden we naar IJsland gemoeten. Maar daar is wachten in 32 graden wel een hele hoge uitzondering.

In het hotel worden we hartelijk ontvangen. Er staat al een Kaapverdiaan te wachten die ons meteen een groen armbandje omdoet om als gast herkenbaar te zijn. Helaas zijn de kamers nog niet klaar en worden we nog even naar het restaurant gestuurd om te lunchen. "Als jullie dan terugkomen zijn de kamers klaar" zegt een Kaapverdiaans meisje, ze zal iets van 1,50 groot zijn, die achter de balie staat of, er eigenlijk net niet bovenuit komt. En inderdaad. Als wij terugkomen van de lunch en ons naar de balie van de receptie begeven hoor ik vanachter de balie "bom dia, bom dia". "Goedemorgen" zoals ze het hier zeggen. En ja, nog steeds 's morgens omdat we hier 3 uur vroeger leven dan thuis. Ik keek rond en vroeg; "ik hoor je wel maar waar ben je dan klein Kaapverdiaans meisje?" Tja, erg hoge balie dus maar de kamers zijn klaar! De formaliteiten worden afgehandeld waarna we de sleutel krijgen toegegooid van achteruit de balie en onze kamer opzoeken die de komende 15 dagen ons honk zal zijn.

Eindelijk op onze kamer. Eindelijk airco die het laat aanvoelen opdat we toch in IJsland zitten. Eindelijk onze vakantiebestemming bereikt na een korte nacht en een lange dag. En......, een vakantie op basis van "all inclusive". 
Yep, want ik heb mijn vrouw bij me.

2 Reacties

  1. Frnk:
    10 september 2017
    Moet jij geen vakantie vieren inplaats van verhaaltjes schrijven?:p veel plezier daar mam en ruud!
  2. Lc:
    11 september 2017
    Frank moet jij niet werken ipv ruuds verhalen lezen?